Skip to main content

Opleidingstraject

Om veldwerkers op een verantwoorde manier vleermuizen te laten vangen en hanteren, is een opleidingstraject ontwikkeld. Dit traject is gekoppeld aan het de verstrekking van de machtingen voor het vangen van vleermuizen. 

Definities:

  • Vangen: het actief vastpakken van een vleermuis. Naast de vangmiddelen zoals een mistnetten en harptraps zijn ook vleermuiskasten volgens deze definitie een vangmiddel als de vleermuis uit de kast gehaald en gehanteerd wordt.
  • Zelfstandig vanger: iemand die voldoet aan de eisen van zelfstandig vanger (Praktijk: 3 GO's Theorie: Theoretisch examen gehaald. Deze persoon vangt en hanteert zelfstandig vleermuizen.
  • Opleider: iemand die zelfstandig vangers opleidt.
  • Opleiderswerkgroep, Klankbordgroep en Commissie Vleermuizen vangen: samenwerkende groepen die de kwaliteit van het vleermuisvangsysteem waarborgen

Het opleidingstraject van het vleermuisvangsysteem verloopt in twee stappen. De eerste stap is het opdoen van ervaring in het veld onder begeleiding van zelfstandig vangers en opleiders (de competenties die je daarbij leert kun je hieronder vinden). We raden sterk aan om tijdens het opdoen van deze ervaring een logboek bij te houden van hoeveel vleermuizen van welke soorten je hanteert, zodat opleiders ook inzicht hebben in hoeveel ervaring je hebt opgedaan. Nadat je voldoende ervaring hebt, dienen drie opleiders te erkennen dat je zelfstandig mag gaan vangen (ook wel het verzamelen van 3 “GO’s” genaamd). Hiervoor vullen die opleiders onderstaand formulier. Stap twee is het behalen van een theorie-examen (meer informatie over het examen kun je hier vinden). Als je beide hebt volbracht, krijg je de status van zelfstandig vanger en kun je bij de Commissie van het Vleermuisvangsysteem een projectplan indienen volgens deze procedure om een machtiging te krijgen voor het vangen van vleermuizen.

Beoordelingsformulier  

Houdbaarheid Go's en theorie-examen

Binnen het opleiderstraject geldt een houdbaarheidstermijn voor Go's en een behaald theorie-examen van 5 jaar. Dit betekent dat de drie Go's en het theorie examen na 5 jaar komen te vervallen en opnieuw behaald moeten worden. De redenen voor de houdbaarheidstermijn zijn als volgt:

  1. Het is een extra stok achter de deur om binnen 5 jaar na het behalen van de eerste Go OF het theorie examen het opleidingstraject af te ronden en zelfstandig vanger te worden. 
  2. Hiermee voorkomen we dat mensen die op enige tijd Go's hebben gekregen, dan wel het theorie examen hebben gehaald, maar zeer lange tijd niets meer met vleermuizen vangen hebben gedaan later te gemakkelijker door het opleidingstraject heen fietsen.

Belangenverstrengeling

Het is voor een opleider niet mogelijk een Go te geven aan:

  • Een partner of direct familielid
  • Een directe collega
  • Een (medewerker van een) opdrachtgever of andere partij waarbij ook een zakelijk belang speelt, bij het onderzoek waarvoor dit geldt.

Een beoordelingsformulier kan te allen tijde worden ingevuld, hier kan in zo'n geval echter geen Go uitvloeien.

Gedragsregels Opleidingstraject

Binnen het opleidingstraject gelden een aantal basisgedragsregels waarvan we verwachten dat opleiders en aspirant-vangers zich aan houden. Zo houden we het opleidingstraject open, eerlijk en positief voor iedereen. Deze gedragsregels gelden zowel in een opleidingssituatie als daarbuiten.

  1. Zorg dat je medeaspiranten en opleiders netjes en met respect behandelt. Laat een negatieve (non-verbale) houding achterwege.
  2. Heb een open en eerlijke houding naar jezelf en anderen.
  3. Volg aanwijzingen en instructies van opleiders in relatie tot het opleidingstraject op.
  4. Om te kunnen groeien in je toekomstige rol als zelfstandig vanger moet je feedback kunnen ontvangen.
  5. Stel altijd vragen wanneer iets niet goed duidelijk is. Of vraag hulp wanneer je niet goed weet hoe iets moet.
  6. Misschien ben je het niet eens met feedback. Bespreek dit een op een met diegene van wie je de feedback ontvangt. Kom je er niet uit? Meld je dan bij de voorzitter van de opleiders.
  7. Persoonlijke veiligheid en veiligheid van dieren staan vooraan. Je doet alles binnen het mogelijke om dit te waarborgen en volgt hierin altijd de geldende aanwijzingen en ethische voorschriften.
  8. Het ego is van ondergeschikt belang aan het werk. We zijn bezig met onze inzet voor een betere bescherming van vleermuizen door goed gestandaardiseerd onderzoek, niet met statusverhogende activiteiten.
  9. Samenwerken met anderen is belangrijk in dit vak. Als je samenwerkt, zorgen de bovenstaande regels dat je een prettige samenwerkingspartner bent. En met een prettige samenwerking, bereik je eerder je doelstelling.
  10. Lukt het niet om bovenstaande regels na te leven? Dan kan het opleidersteam in een uiterst geval met elkaar besluiten dat je zonder progressie bent. Dat vinden wij erg vervelend om te moeten besluiten. Dat betekent dat je geen zelfstandig vanger kunt worden. Een goede basishouding is een uitgangspunt voor een goed resultaat in dit type onderzoek.

Toelatingseisen en competenties

Toelatingseisen voor het hanteren van vleermuizen:

  • Een rabiesvaccinatie en een recente Titerbepaling van minsten 1.0 ug/l (zie ook de pagina over Rabiës)
  • Een werkende hoofdlamp met opgeladen (reserve)-batterijen.

(Aan te leren) competenties voor aspirant-vangers:

  • De techniek van het opzetten en opruimen van mistnetten is in orde.
  • Mistnetten worden zo opzetten dat het welzijn van vleermuizen niet in gevaar komt.
  • Vleermuizen direct handig uit het mistnet halen.
  • Hanteert vleermuizen rustig. Reageert rustig op plotselinge bewegingen van vleermuizen.
  • Vleermuizen zonder schade uit netten halen.
  • Inschatten wanneer ingrijpen (bijvoorbeeld dmv schaartje) noodzakelijk is.
  • Vleermuizen correct hanteren tijdens het beschrijven.
  • Weten welke kenmerken bekeken moeten worden.
  • Schuifmaat en veerunster correct hanteren.
  • Gevangen vleermuizen correct determineren, met behulp van harde kenmerken.
  • Theoretische kennis over kenmerken van geslachten en soorten.

Competenties zelfstandig vanger

  • Is in staat een afweging te maken over wanneer vangen nodig is.
  • Heeft kennis genomen van de ethische richtlijnen en handelt daarnaar.
  • Heeft kennis van recente inzichten over het vangen van vleermuizen en hanteren en handelt daarnaar.
  • Beschrijft vleermuizen volgens een vast protocol.
  • Is tenminste een aantal dagen op training geweest bij tenminste twee opleiders.
  • Is in staat zijn manier van werken te verantwoorden aan de opleiders.
  • Komt tenminste eens per 3 jaar op bijscholingscursus of is cursusleider bij de jaarlijkse basiscursussen.

Competenties Opleider

  • Is zelfstandig vanger
  • Heeft een machtiging om vleermuizen te vangen en hanteren.
  • Vangt meerdere malen per jaar vleermuizen in Nederland.
  • Heeft goede communicatieve en didactische vaardigheden.
  • Werkt volgens vastgesteld protocol en richtlijnen.
  • Ruime ervaring met vangen, hanteren en beschrijven van vleermuizen.
  • Laatste update op .